De blend van Liesbeth
Ik had de podcast 5-minuten Nederlands als online oefentip gegeven aan mijn cursisten. In die podcast vertelt de Nederlandse Caroline één keer per week over iets wat ze heeft meegemaakt, en dat te maken heeft met de Nederlandse taal en cultuur. De cursisten waren enthousiast, en zo kwamen we op het idee om zelf een podcast te maken. We gebruikten daarvoor het platform Anchor dat ik leerde kennen via KlasCement. Eén groepje maakte een reeks naar het voorbeeld van 5-minuten Nederlands, waarin telkens een andere cursist vertelt over een gebeurtenis uit zijn dagelijkse leven. Een ander groepje bedacht een vervolgverhaal rond enkele bewoners van een flatgebouw, en nam elke week een aflevering op.
Je eigen verhalen en ervaringen vertellen, vind ik een heel waardevolle manier om een taal te oefenen en om je de woorden en de grammatica echt eigen te maken. Multimedia en technologie bieden daarvoor heel wat rijke mogelijkheden. Je hebt niet enkel tekst om je uit te drukken, maar ook beeld en geluid. Ik heb bijvoorbeeld ook al eens gewerkt met videodagboeken, waarbij de cursisten met hun smartphone korte stukjes opnamen over situaties waarin ze die dag Nederlands hadden gebruikt, of iets nieuws hadden bijgeleerd.
Ik merk dat zo’n projecten heel motiverend werken voor hen. Ze vinden het ook fijn om hun resultaten te delen met de andere cursisten en op elkaar te reageren. Dat brengt altijd een interessante uitwisseling op gang en het bevordert de sfeer in de groep. Ik evalueer de aanpak en de projecten wel regelmatig met de cursisten: dan bespreken we samen wat ze er goed aan vonden en wat niet, en wat ze ervan hebben geleerd. Het podcastproject vonden ze bijvoorbeeld heel goed om vlotter te worden in het spreken en om nieuwe woorden te leren.
Ik vind het ook heel belangrijk om altijd goed duidelijk te maken aan de cursisten waarom we iets doen, wat de doelstelling is van een activiteit. Sommige cursisten zien een podcast of een video maken bijvoorbeeld niet als een volwaardige taalles, maar als ik hen vertel wat ze er allemaal van kunnen leren, zijn ze snel overtuigd.
Ik geef les aan cursisten die wat meer tijd nodig hebben om te leren, en daarom wat extra tijd krijgen om hun NT2-traject te doorlopen. Ze hebben vooral nood aan taken waarin ze de taal echt moeten gebruiken en al doende kunnen leren en oefenen. Daarom probeer ik zoveel mogelijk te vertrekken van concrete situaties en realistische taken. Het digitale helpt me daarbij: via video breng ik de wereld in de klas, en ook de cursisten brengen hun eigen leefwereld binnen. Bij veel dingen is digitaal oefenen ook het meest realistisch, omdat ze ook in het echte leven digitaal gebeuren. Informatie van de gemeente opzoeken bijvoorbeeld. Dat doe je niet meer in een papieren infogids, maar online.
Ik gebruik het LMS (learning management systeem) van het centrum als centrale plek. De cursisten vinden er alle informatie over de cursus, powerpoints van de lessen, taken, materialen, links naar websites en tools die we gebruiken,… Allemaal mooi geordend. Dat helpt om het overzicht niet te verliezen. Via het LMS kunnen we ook communiceren met elkaar. De cursisten kunnen mij bijvoorbeeld een vraag stellen, of een schrijfopdracht doorsturen ter feedback. En ik kan hen contacteren als ik merk dat het oefenen niet goed lukt.
Ik volg natuurlijk niet iedere klik van de cursisten op, dat zou niet haalbaar zijn en het is ook niet de bedoeling. Bij veel online oefeningen en leerpaden krijgen de cursisten directe feedback van het systeem, dus ik hoef niet alles na te kijken. Maar ik bekijk wel de overzichten om te zien of er ergens problemen zijn. Als ik zie dat een cursist nog niet geoefend heeft terwijl de deadline in zicht is, stuur ik hem even een berichtje. Of als ik merk dat alle cursisten laag scoren op bepaalde taken, dan besteed ik daar in de les nog eens extra aandacht aan.
Ze kunnen op elk moment van de dag een bericht sturen via het LMS. Maar ik ben natuurlijk geen 24 uur op 24 online beschikbaar. Daarom heb ik met de cursisten enkele momenten afgesproken waarop ze mij kunnen bereiken. Op die momenten lees ik hun vragen en berichten meteen, en krijgen ze snel een antwoord. Ze kunnen mij dan ook bereiken via de telefoon of de videochat. Als ze me buiten die momenten contacteren, krijgen ze uiteraard ook een antwoord, maar dan kan het zijn dat ze iets langer moeten wachten. Maar dat is in de meeste gevallen eigenlijk geen probleem, ze begrijpen dat.