Annabelle
In mijn centrum kunnen de cursisten van richtgraad 2.3 zelf kiezen welke blend ze willen volgen: grotendeels in de klas of grotendeels online. Mijn cursisten hebben ervoor gekozen om grotendeels online les te krijgen, om verschillende redenen: sommigen wonen ver van de school af, anderen vinden dit gemakkelijker om te combineren met hun werk. Ik organiseer één keer per week een online les via Google Meet, en verder maken de cursisten individueel hun taken, op een moment dat voor hen goed uitkomt.
De afstand tussen cursisten is online wel wat groter. Dat merk je bij het oefenen van de mondelinge vaardigheden, maar ook gewoon in het sociaal contact. De grootste uitdaging is voor mij het groepsgevoel niet verloren te laten gaan. In de eerste online cursussen die ik gaf waren cursisten soms heel erg op hun eentje bezig, en dat was voor niemand leuk: voor hen niet, maar ook niet voor mij. Ik geniet net van de leuke dingen die er kunnen ontstaan wanneer cursisten samenwerken.
Ik probeer op verschillende manieren de groep dichter bij elkaar te brengen. Soms laat ik ze per twee of in kleine groepjes samen taken maken, zoals een schrijfopdracht of een webquest, waarbij ze informatie online moeten opzoeken. Maar ook door ze apart dingen te laten maken en die te laten delen met elkaar, komen ze dichter bij elkaar. Online werken biedt daarvoor heel veel mogelijkheden. Wij hebben bijvoorbeeld een klasblog, waarop alle cursisten regelmatig een blog kunnen posten. Dat werkt goed, omdat ik aan het begin van de cursus duidelijke instructies geef over wat de bedoeling is: hoe vaak ze iets moeten posten, hoe de website precies werkt. Ik moedig ze ook aan om op elkaars blogposts te reageren en geef zelf het goede voorbeeld: ik post wekelijks een nieuwe post en reageer ook op de cursisten.
Je merkt dat met dit soort activiteiten vooral de vlotheid van het schrijven verbetert en de manier waarop de cursisten een tekst opbouwen. Ervaringen en gebeurtenissen beschrijven is een belangrijke doelstelling van de cursus. Met het schrijven voor de klasblog bouwen de cursisten vaardigheden op die ze ook nodig hebben als ze bijvoorbeeld een verslag moeten schrijven voor het werk of voor hun stage.
Op de blogs zelf post ik alleen reacties op de inhoud, maar soms stuur ik de cursist zelf een mailtje met feedback op het taalgebruik. Door de blogs goed op te volgen merk ik ook welke dingen moeilijk zijn voor meerdere cursisten, en dat grijp ik dan aan om er een les aan te wijden.
Ik laat de cursisten ook soms samen schrijven, waarbij de focus dan wel duidelijker op de grammatica en woordenschat ligt. Dat is écht een grote meerwaarde van online werken, er bestaan nu tools zoals Google Docs waarin de cursisten samen kunnen schrijven. Doordat ze elkaars schrijfproces kunnen zien en beoordelen, leren ze echt veel bij. Ik moedig hen ook aan om andere hulpmiddelen te gebruiken, zoals de schrijfassistent NT2. Daarin kunnen ze hun tekst invoeren en feedback krijgen op vlak van spelling en taalgebruik.
Ook bij dit type taken maak ik heel duidelijke afspraken op voorhand: het is hun gedeelde verantwoordelijkheid om de taak tot een goed einde te brengen. Ik verwacht van hen dat ze de taken verdelen en laat hen achteraf een peer evaluatie invullen van de samenwerking. Via de revisiegeschiedenis van Google Docs kan ik ook eerdere versies van de tekst bekijken om het proces te beoordelen, en zie ik wie wat geschreven heeft. Dat alles samen maakt dat ik toch een goed zicht krijg op de inzet van de verschillende cursisten en hun samenwerking. Ik hoor vaak van de cursisten dat ze het appreciëren dat ik dat zo nauw opvolg, omdat de taken bij groepswerk anders vaak minder goed verdeeld zijn.
Duidelijk zijn over wat ik van de cursisten verwacht en afspraken maken is trouwens één van mijn stokpaardjes. Ik denk niet dat een online cursus anders goed kan lopen. Ik geef de cursisten heel veel mogelijkheden om oefeningen te maken en hun taalvaardigheid te verbeteren, maar niet alles is verplicht. Ik heb geleerd dat ik heel duidelijk moet aangeven wat verplicht is, mét een deadline, en dat de rest optioneel is. Ik werk met een leerplatform, waardoor ik de verplichte taken een andere kleur geef, en de cursisten automatisch een herinneringsmailtje krijgen als ze een taak nog niet hebben ingediend twee dagen voor de deadline. Ik stel dat allemaal op voorhand in, en dan hoef ik er zelf niet meer aan te denken.
Ook lezen gaat heel goed op afstand. Cursisten kunnen teksten op hun eigen tempo lezen, wanneer het past in hun planning. Ik weet dat cursisten vaak gebruik maken van voorleesprogramma’s of vertaalsoftware als ze een tekst echt willen begrijpen, en dat moedig ik ook aan. Ze mogen alle hulpmiddelen gebruiken die er zijn.
Om de luistervaardigheid te oefenen zoek ik vaak naar video’s op youtube die ik hen laat bekijken. Verder stimuleer ik hen om regelmatig naar het nieuws te kijken, een podcast te beluisteren, af en toe naar Nederlandstalige muziek te luisteren, enzovoort. Doordat ze die ervaringen ook kunnen delen op de blog, inspireren ze soms ook de andere cursisten. Aan het einde van de cursus sluiten we altijd af met een klassikale les met een klein feestje, waarbij we naar een afspeellijst met Nederlandstalige muziek luisteren die ze zelf hebben samengesteld.
De vaardigheid die het moeilijkst online te oefenen is, vind ik de spreekvaardigheid. Daarvoor deel ik de cursisten vaak op in kleine groepjes of in duo’s in break-outrooms. Ik vind het heel belangrijk dat de taken zo veel mogelijk aansluiten bij de werkelijkheid, dus ik laat hen ook spreektaken uitvoeren die ook in de werkelijkheid online of via de telefoon kunnen plaatsvinden: een afspraak maken bij de dokter, een online sollicitatiegesprek, een telefoontje naar de klantendienst, …