Doordacht blended ontwerp
Face to face als basis
Blended onderwijs houdt in dat je een doordachte combinatie maakt van online en offline leeractiviteiten. Concreet betekent dit dat je voor deze belangrijke keuzes staat in je ontwerp:
- Wat gebeurt thuis en wat in de klas?
- Wat gebeurt online en wat offline?
- Wat gebeurt synchroon en wat asynchroon?
- Wat gebeurt individueel, en wat in groep?
Die vier keuzes hangen vaak samen, maar kunnen ook los van elkaar staan. Dat betekent dat online leeractiviteiten ook in de klas kunnen plaatsvinden (bijvoorbeeld online oefeningen maken tijdens hoekenwerk in de NT2-les), en aan de andere kant dat offline leeractiviteiten ook thuis kunnen plaatsvinden (bijvoorbeeld een snijtechniek uit de kookopleiding oefenen in je eigen keuken). Zowel in de klas als thuis kunnen cursisten samen taken uitvoeren (bijvoorbeeld face-to-face aan een groepsopdracht werken in de klas, of thuis via Zoom), maar ook individueel aan leeractiviteiten werken. Om de juiste keuzes te kunnen maken, maak je telkens een afweging van de voor- en nadelen van de verschillende opties. Vertrek daarbij steeds vanuit de noden van jouw doelgroep én de leerdoelen die je wil bereiken.
Om aan deze oefening te beginnen, kan je de interactieve tool op deze website gebruiken om jouw cursus in kaart te brengen. Dat kan het vertrekpunt van jouw blended keuzes vormen. In de verhalen van leerkrachten kan je bovendien inspiratie opdoen door te lezen hoe zij die keuzes hebben ingevuld voor hun doelgroep en leerdoelen.
Voor laaggeletterde cursisten geeft ons onderzoek aan dat een klassikale component als basis nog vaak te verkiezen is. Zo weegt de nood aan het ‘echte’ sociale contact in de klas voor deze cursisten zwaarder door.
Daarnaast vormt online interactie voor laaggeletterde cursisten vaker een drempel, vooral omdat ze dan minder steun en hulp ervaren. Dat betekent echter niet dat je niets online kan doen met je laaggeletterde cursisten. Ook klassikaal kan je blended werken, door in de klas ruimte te maken voor online activiteiten. Bovendien kan je het online leren stap voor stap opbouwen, waardoor je na een tijdje misschien wel asynchrone online activiteiten kunt gaan toevoegen aan je blend.
Samengevat kan je de bouwsteen ‘face to face als basis’ dus op twee manieren interpreteren:
- Face-to-faceonderwijs vormt de hoofdmodus van de cursus. Het face-to-facegedeelte is dus groter dan het online gedeelte;
- Face-to-faceonderwijs is de basis van waaruit je het digitale gedeelte van je cursus geleidelijk uitbouwt (dat wordt verder toegelicht bij de bouwsteen ‘Sterk aan de start’).
Meer achtergrond en toelichting bij deze bouwsteen en bij het BLEND UP-model vind je in het rapport To blend or not to blend? Krachtige én gelijke digitale leerkansen realiseren voor laaggeletterde (NT2-)cursisten. Er is ook een samenvatting.